Militaire geschiedenis

De Tsjecho-Slowaakse fortificatie die bunkers, forten en blokhutten omvat, werd in de jaren 1935-1938 gebouwd als een onderdeel van het landelijke verdedigingsstelsel bedoeld vooral tegen de dreiging van het nazisme. De opbouw van dit systeem werd door het Verdrag van München van 1938 onderbroken, wat voor Tsjecho-Slowakije het afgeven van een groot deel van het territorium aan Nazi-Duitsland betekende. Het land raakte zo ook zijn versterkingsstelsel kwijt. Tegenwoordig stuit u tijdens uw wandelingen langs de Poolse grens op een grote hoeveelheid getuigen van deze tijd waarvan velen voor de bezoekers open zijn. Vaak is de oorspronkelijke uitrusting nog aanwezig die voor het verdedigen van het land gebruikt moest worden.

Het meest versterkte gebied van voormalig Tsjecho-Slowakije en tegelijk van heel Europa was het gebied rond de stad Králíky. Daar bevindt zich ook het heel goed bewaard en voor de bezoekers geopend artilleriefort Bouda en het fort Hůrka. In zijn omgeving vinden elk jaar in de tweede helft van augustus demonstraties plaats van gevechten met historische gevechtstechniek - Cihelna . Liefhebbers van de militaire geschiedenis kunnen dan ook zeker niet het andere belangrijke evenement met militaire demonstraties missen dat elk jaar in de eerste helft van augustus in Mladějov plaatsvindt. Ook het Oost-Boheemse Douanemuseum in Králíky met zijn unieke expositie is een bezoek beslist waard.

Andere belangrijke militaire forten in Oost-Bohemen zijn Dobrošov in het grensgebied Kladsko en Hanička in het Adelaarsgebergte.

Behalve monumenten uit de Tweede Wereldoorlog vindt u in deze regio ook bezienswaardigheden afkomstig uit oudere militaire conflicten. Eén van de belangrijkste was de slag bij Hradec Králové van 3 juli 1866 waarin het Pruisische leger de Oostenrijkste legers verpletterde.

Een wereldunicum is de vesting Josefov uit de tweede helft van de 18e eeuw. Dit omvangrijke verdedigingslabyrint van ondergrondse gangen met een totale lengte van 45 km werd gebouwd in opdracht van de keizer Josef II ter bescherming van de landsgrenzen tegen het veroveringszuchtige Pruisen.